Van on-premises naar de cloud
Een jaar geleden maakte ik mijn stap van on-premises omgevingen bij de klant naar de Azure Cloud. Na acht jaar met SQL Server en verschillende version control en CI/CD-tools gewerkt te hebben, kwam ik van de een op de andere dag op het vrijwel grenzeloze en wereldwijde datacenter netwerk van Microsoft terecht. In mijn voorgaande opdrachten had ik wel aan Azure kunnen ruiken in de vorm van Infrastructure as a Service (IaaS) en een kleine voorverkenning van Azure SQL Datawarehouse, maar veel verder was het ook niet gekomen.
‘Hardware (laten) onderhouden en upgraden is niet meer jouw zorg.’
Nadat ik de stap naar de cloud had gemaakt, leerde ik pas echt het verschil tussen werken in de cloud met Platform as a Service-componenten (PaaS) en het werken op servers van de klant. Het grootste verschil voor mij is dat je aan de slag gaat op een van de datacenters van Microsoft. Hierdoor beschik je over de laatste hardware die wordt onderhouden door Microsoft, dus hier hoef je je als manager of systeembeheerder niet druk over te maken. Daarbij heb je de vrijheid om jouw data vraagstukken uit te werken een andere benadering te kiezen dan die van jouw applicatielandschap. Zo kan de database van een applicatie bijvoorbeeld met een Azure SQL Database en kun je Azure Synapse gebruiken om alle data samen te laten komen.
Business intelligence vs. applicatielandschap
Door de jaren heen heb ik vaak gezien dat een serverstraat (ontwikkel–, test–, acceptatie– en productieserver) voor Business Intelligence doeleinden, op een zelfde manier benaderd wordt als een serverstraat voor applicaties die voor de operatie worden gebruikt. Waar applicaties doorgaans row-by-row operaties uitvoeren (updateten, inserten, verwijderen), wordt er bij Business Intelligence voor het ophalen en verwerken van data gewerkt met batches die van duizenden tot miljoenen records kunnen lopen. Het kwam wel eens voor dat er een gespannen systeembeheerder aan mijn bureau stond, die zich afvroeg of zijn backup–mechanismes onze loads niet bijhielden. Dan was het de taak om ze uit te leggen dat dit de normaalste zaak van de wereld was en dat Business Intelligence anders benaderd dient te worden dan een applicatielandschap.
Van fysieke servers naar de cloud
Door een stap naar de cloud, kan je jouw Business Intelligence afdeling ‘bevrijden’ van de (virtuele) omgevingen waar applicaties draaien die vaak op dezelfde fysieke servers zijn ondergebracht. Zo wordt data vaak ’s nachts binnengehaald, zodat hier overdag mee gewerkt kan worden door dataspecialisten en analisten. Dit zorgt ervoor dat applicaties overdag geen performance druk hebben omdat er geen zware processen op de onderliggende databases draaien. Het gebruik van applicaties is een primair proces. Business Intelligence biedt ondersteunende inzichten ter verbetering van de operatie, dus die twee zaken zouden elkaar niet in de weg moeten zitten door op eenzelfde fysieke server te leven.
Je huidige omgeving in kaart brengen
Voordat je de stap naar de cloud maakt, is het belangrijk om in kaart te brengen hoe je huidige omgeving in elkaar zit, hoe deze beveiligd is, welke functionaliteiten je wel of niet mee wil/moet verhuizen naar de cloud en welke functionaliteiten je wil optimaliseren. Een verdere uiteenzetting en uitleg over de keuzes in dit proces, vind je in de Whitepaper Business Intelligence: Van on-premises naar de cloud.
Pluk de vruchten van de cloud, maar gebruik je verstand
Een stap naar de cloud is vergelijkbaar met het switchen van het kopen van een auto, naar het leasen ervan. In het ene scenario heb je de kosten vooraf en incidenteel bij onderhoud. In het andere scenario zijn de kosten gespreid over een langere periode en voert de cloud leverancier (Microsoft) het onderhoud op de servers uit. Er zijn echter wel een aantal variabelen waar je in de cloud frequenter invloed op kan uitoefenen. Zo schaal je resources op elk moment, om er zo voor te zorgen dat je op de juiste momenten over de juiste capaciteit beschikt. Daarnaast is het voor veel resources ook mogelijk om voor een langere periode capaciteit af te kopen, wat de kosten kan verlagen. Hierdoor bestaat de mogelijkheid om eigen licenties in te zetten. Een Cloud Solutions Provider kan jou hier in begeleiden om zo tot een optimale samenstelling te komen en geen onnodig kosten te maken. Vanuit InSpark raden we het aan om hierover in gesprek te gaan met een adviseur die diepgaande kennis heeft van de consumptie- en licentiemodellen op Azure.
De cloud vraagt om een nieuwe visie
Een laatste advies wat ik wil meegeven, is dat een overstap je kansen biedt om oude regelgeving los te laten. De cloud werkt anders dan een eigen datacenter. De mogelijkheden om je platform te beschermen tegen datalekken, ongewenste toegang en uitval van servers en services, zijn zeer uitgebreid. Grijp deze kans dan ook aan om het beleid te herzien en toetsen. Dit om de cloud zo bereikbaar en veilig mogelijk te maken voor je eindgebruikers. De cloud kan een feest zijn en bijdragen aan uitdagend werkgeverschap, continue kennisontwikkeling en een kortere time to market, dus laat deze kans niet liggen!
Conclusie
Wil jij nou meer weten over de overstap van on-premises naar de cloud? Wij hebben in onze whitepaper alle belangrijke stappen op een rij gezet. Download de whitepaper hier en ga vandaag nog aan de slag. Uiteraard ga ik graag met je in gesprek over jouw persoonlijke uitdaging. Neem onder dit blog contact met mij op en laten we kijken wat de kansen en mogelijkheden zijn voor jouw organisatie.